Header image

“Van Vlas tot Linnen” in Museum Borculo

BORCULO - Op zondag 8 oktober 2017 is er een themadag bij museum de Lebbenbrugge. Op deze dag worden alle bewerkingen om van vlas linnen te maken gedemonstreerd.

 

Vlas tot linnen, hoe ging dat vroeger?
Linnen is een natuurproduct en alle delen van de vlasplant worden gebruikt. Van de
zaden maakt men olie voor kleuren, verven, cosmetica en vloerbedekkingen. Vlas is medisch van nut omdat de zaden vermalen kunnen worden tot een fijne bloem voor kompressen en omdat van de vezels draad voor het hechten van wonden kan worden gemaakt. Maar primair is vlas natuurlijk bekend als de grondstof voor een bijzonder weefsel.

 

De groeicyclus van de vlasplant is kort. Tussen het zaaien op de 100e dag van het jaar (begin april) en de oogst in juli verstrijken amper 100 dagen. In juni komen er kleine lichtblauwe bloempjes aan de vlasstengels. ’s Morgens gaan ze open en na een paar uur vallen ze al weer af. Hoe gaat het verder ?

 

Oogsten en drogen: De planten worden met de hand uit de grond getrokken. Het vlas wordt in bossen bij elkaar gebonden en op het veld gezet om te drogen. Daarna wordt het naar de boerderij gebracht.

 

Repelen en dorsen: Als de planten droog zijn worden de zaden verwijderd (repelen). Op de boerderij wordt met dorsvlegels het vlaszaad uit de zaadbolletjes geslagen.  

 

Roten en braken: De bossen vlas worden  in een ven in het water gelegd om te roten.  Roten betekent eigenlijk rotten. Na drie weken is het vlas ver genoeg gerot. In de stengels zijn de vezels los komen te zitten. Het natte vlas moet eerst weer drogen op een grasveld en wordt af en toe omgedraaid. Boven een smeulend vuur wordt het vlas dan verwarmd. Meisjes uit de buurt komen helpen bij het braken van vlas. Zij breken de stengels kapot. De buigzame vezels in de stengel breken niet. Na het braken is te zien hoe groot de oogst is.

 

Oogstfeest: Dan wordt er een klein feestje gevierd.

 

Zwingelen: Tussen de vlasvezels zijn kleine stukjes hout blijven zitten. De meid slaat ze eruit op de zwingel met een houten zwaard.

 

Hekelen: Op de hekel kamt de boerin het vlas.  De lange vezels die overblijven bindt zij in kleine popjes bij elkaar.

 

Spinnen: Van de lange vezels spint de boerin met een dunne draad. De meid maakt grover garen van korte vezels die in de hekel achterbleven.  De gesponnen garens hebben een bruine kleur. In een bak met water lost de kleurstof langzaam op en wordt het garen licht van kleur.

 

Weven: De wever maakt op zijn weefgetouw van de gesponnen garens het linnen voor de beddenlakens en hemden.

 

Bleken: Om het linnen nog witter te maken moet het een paar weken in de zon bleken.

 

Dookrollen en opbergen: Tot slot wordt het nieuwe linnen opgerold (dookrollen) en krijgt het een plek in de linnenkast.

 

Linnen is fris, schoon en comfortabel. Het is zacht, maar tegelijk ook sterk en duurzaam. Hoe vaker men het gebruikt, hoe zachter en sterker het wordt. Linnen kan 20% van zijn gewicht aan vocht absorberen voordat het zelf vochtig aanvoelt. Daarbij geeft het vocht gemakkelijk af aan de lucht, zodat het fris en droog blijft aanvoelen

 

Wilt u een en ander van dichtbij meemaken? Kom dan a.s. op zondag 9 oktober naar de Lebbenbrugge.

 

Het programma op 8 oktober, vanaf  11.00 uur

-            Films “Van vlas tot linnen” draaien in de oude schuur

-            Speurtocht/vragenlijst voor de jeugd over van vlas tot linnen.
Bij inlevering van het vragenformulier ontvangt men een attentie.

-            Tuin en museum bezichtigen

-            Werken aan het weefgetouw in de weefkamer

-            Voorbereiden demonstraties

Van 14.00 tot 16.00  uur zijn er doorlopend demonstraties van het:

-            Repelen van vlas

-            Dorsen van vlas

-            Braken van vlas

-            Zwingelen van vlas

-            Hekelen van vlas

-            Spinnen van vlas

-            Weven

-            Dookrollen

 



Ander nieuws